Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [22]het zal Mij zijn tot een [23]vrolijken [24]naam, tot een roem, en tot een sieraad bij alle heidenen der aarde; die al het goede zullen horen, dat Ik [25]hun doe; en zij zullen vrezen en beroerd zijn over al het goede, en over al den vrede, dien Ik hun [26]beschikke. 22. Of, zij, namelijk, Jeruzalem en mijne kerk. 23. Hebreeuws, naam der vrolijkheid; dat is, die mij zeer aangenaam is en verheugt. 24. Vergelijk Deut.26:19, met de aantekening. 25. Jeruzalem, mijne kerk. 26. Hebreeuws, make, doe.